Real Driving Emissions

Het lijkt zo logisch: als je wil weten wat de uitstoot is van een auto, meet je de emissies als hij op de weg rijdt, de zogenoemde Real Driving Emissions (RDE).

Zo niet in de EU. Daar werden de stoffen die auto’s uitstoten tot september 2017 in laboratoria gemeten. De testsituatie daar lijkt in veel opzichten helemaal niet op de situatie op de weg. In een lab zijn alle omstandigheden optimaal gemaakt om de uitstoot zo laag mogelijk te houden (ook zonder sjoemelsoftware). Zo wordt alles wat luchtweerstand geeft, zoals de spiegels, van de auto gehaald. Er is geen wind, de ondergrond is mooi glad en de auto’s zijn spiksplinternieuw, om maar wat te noemen.

Al jaren is er kritiek op deze gang van zaken, want met echte rijomstandigheden hebben deze testen weinig meer te maken. Door een stevige lobby van de Europese auto-industrie werden maatregelen om de testomstandigheden te veranderen vertraagd en tegengehouden.

In 2017, twee jaar na het aan het licht komen van het dieselschandaal, is er eindelijk een Real Driving Emissions-test, een test die de ‘echte’ situatie op de weg meet. Dat is een verbetering, maar nog altijd zijn de testen nog niet wat ze zouden moeten zijn. Zo is het meten van de uitstoot van auto’s die al een tijdje rondrijden nog steeds niet aan testen onderhevig en mogen testen ook ‘s nachts uitgevoerd worden, als er niemand op de weg is.