Fractie

Europarlementariërs organiseren zich in het Europees Parlement niet per land, maar per politieke familie. De GroenLinks-Europarlementariërs vormen dus één Groene fractie met onder andere Duitse, Franse en Belgische Groenen.

Andere fracties in het Europees Parlement zijn die van de christendemocraten (EPP), sociaaldemocraten (S&D), conservatieven (ECR), liberalen (ALDE), uiterst links (GUE/ NGL), eurocritici (EFDD) en extreemrechts (ENF).

In een fractie worden dossiers verdeeld en werken Europarlementariërs samen om plenaire vergaderingen en stemmingen voor te bereiden. Per rapport kiezen fracties één schaduwrapporteur die het werk van een rapporteur op een dossier nauwgezet volgt. Sleutelposities en spreektijd worden verdeeld op basis van de grootte van een fractie volgens het D’Hondt-systeem. De fractievoorzitters bepalen samen met de voorzitter van het Europarlement de agenda van de plenaire vergadering.

Om een fractie te vormen moeten minimaal 25 Europarlementariërs uit zeven verschillende landen deelnemen. Daarom duurde het zo lang tot de PVV  samen met het Front National een fractie kon vormen; ze hadden niet genoeg Europarlementariërs uit verschillende landen bij elkaar.

Er zijn ook Europarlementariërs die zich niet bij een fractie aansluiten, de zogenoemde Non-inscrits of Niet Ingeschrevenen (NI), zij krijgen geen fractieondersteuning en minder spreektijd.